Persbericht Nieuw Republikeins Genootschap

Amsterdam / Roermond: 1 mei 2013

Arrestaties op Dam roepen vragen op.

De politie van Amsterdam verklaarde dat de arrestaties van Joanna en Hans op de Dam op 30 april een vergissing waren van een individuele politieman. Deze uitleg roept vragen op. Het feitenrelaas van Joanna en Hans is hiermee niet in overeenstemming. Van de aanhouding zijn ook veel opnames van geluid en beeld beschikbaar. Ook zij duiden niet op een vergissing door de politie. Wie heeft dan wel opdracht gegeven tot de aanhouding en waarom juist op dat tijdstip? Dit verdient nader onderzoek.

Bijlage: Feitenrelaas van de aanhoudingen op de Dam op 30 april 2013

Meer informatie:

Hans Maessen, Campagneleider Nieuw Republikeins Genootschap. hans.maessen@home.nl 06-55-792750

bijlage:

Feitenrelaas van de aanhoudingen op de Dam op 30 april 2013

In de aanloop naar 30 april maakte het Nieuw Republikeins Genootschap bekend, dat het met de kleur wit aandacht wilde vragen voor de republiek door hierover met iedereen in discussie te gaan. Door de gemeente Amsterdam werden 6 locaties aangewezen waar protesten tegen de monarchie mochten plaatsvinden. Het NRG koos voor het Waterlooplein om haar collectieve manifestatie te houden. Daar zou duidelijke taal over de monarchie geuit worden. Daarnaast was het voornemen op individuele basis gebruik te maken van het grondwettelijke recht op vrijheid van meningsuiting. Joanna had hiervoor de weg geëffend met haar actie kort geleden in Utrecht. Vanuit haar aanhouding was de groep ‘Het is 2013’ ontstaan, waarmee het NRG nauw samenwerkte. Gezamenlijk werden de activiteiten gepland.

De behandeling in de Tweede Kamer van de aanhouding van Joanna in Utrecht en de duidelijke uitspraak van Willem-Alexander hierover tijdens het interview, gaven voldoende basis om ook op de Dam op individuele basis te demonstreren op 30 april . Om hierover duidelijke afspraken te maken met de gemeente Amsterdam, vond er op woensdag 24 april een overleg plaats met burgemeester van der Laan en o.a. het hoofd operationele zaken van de politie, dhr. Swaan. Tijdens dit gesprek werd de vrijheid van meningsuiting op individuele basis gegarandeerd, ook op de Dam. Van der Laan lichtte verder toe hoe het toezicht op de Dam zou worden georganiseerd. Met behulp van diverse camera’s zou de aansturing van de politie door een speciale officier van Justitie op 30 april plaatsvinden. Het beleid dat die officier had meegekregen was dat individuele acties geen duim breed in de weg mocht worden gelegd mits ze ordentelijk verliepen.

In de aanloop naar 30 april is Hans Maessen diverse keren in het wit gekleed en met een rood-wit-blauw bord met de tekst ‘Geen monarchie maar democratie’ op de Dam geweest. Doel hiervan was mede te laten zien hoe het protest zou gaan plaatsvinden. Zo was hij op zondag 21 en zaterdag 27 april duidelijk zichtbaar op de Dam. Met name op 29 april vonden er al geanimeerde discussies plaats met voor- en tegenstanders voor het Paleis op de Dam. Ook de pers toonde toen al veel interesse. De sfeer was vrolijk en uitgelaten. Bij geen van deze activiteiten was er enig contact met de politie. Dit gaf vertrouwen dat van der Laan zijn toezegging na kwam.

Op 30 april omstreeks 08.00 uur was Hans Maessen weer aanwezig op de Dam. Hij droeg een wit T-shirt met de tekst ‘Ik Willem niet’. Daarnaast had hij weer het rood-wit-blauwe bord met het opschrift ‘Geen monarchie maar democratie’ bij zich. Ten slotte had hij drie helium ballonnen aan zijn mouw bevestigd die vrolijk in de wind dansten. Er bevonden zich al enkele honderden demonstranten op de Dam en Hans sloot achteraan, ongeveer 40 meter van het voorste hekwerk dat wederom ca. 60 meter van het paleis op de Dam gelegen was. Ook nu was er een ontspannen sfeer, echter zoals logisch is, waren er alleen maar voorstanders van de monarchie op de Dam aanwezig. Ook nu weer vonden er diverse gesprekken met de (internationale) pers plaats. Er was in de directe nabijheid geen politie in uniform aanwezig.

De Dam stroomde vol. Het rood-wit-blauwe bord met de ballonnen was duidelijk zichtbaar boven de menigte. Omstreeks 09.30 uur arriveerde ook Joanna. Het viel op dat er ongeveer 5 meter voor Joanna en Hans, richting het paleis, een tweetal jonge dames een geïmproviseerd spandoek aan twee stokken omhoog hielden, bestaande uit een matras overtrek van ca. 2 x 2 meter met daarop nogal slordig gespoten de tekst ‘Beatrix bedankt’. Zij hielden duidelijk het zicht weg op het bord van Hans vanuit het bordes. De twee jonge (hockey) dames waren enthousiast en zongen liedjes. Het viel op dat ze pal voor Joanna en Hans waren gaan staan, terwijl er voor de rest op de Dam nog slechts 1 of 2 spandoeken aanwezig waren. Joanna is dan ook naar ze toe gegaan om ze te vragen een beetje op te schuiven. Dat deden ze niet.

Joanna had een blanco stuk karton meegebracht en viltstiften en ging ter plekke op de grond zitten en bracht de spreuken ‘Ik ben geen onderdaan’ en ‘fuck the international oil maffia’ aan op de voor- en achterkant van het karton. Daar was ze wel even mee bezig.

Langzaam naderde de klok 10 uur en kort daarna zou de balkom scene plaatsvinden. Hans stelde voor enkele meters op te schuiven richting Centraal Station, zodat ze geen last zouden hebben van de dames met hun beddengoed en ze ook zelf alles goed konden zien. Tegelijkertijd merkten ze dat er zich politie in uniform op enige afstand rondom verzamelde. Daarnaast viel een persoon op in een grijs pak en een oortje, die ca. 5 meter afstand druk bezig was. De gesprekken met vooral de pers bleven doorgaan, tot de dienders steeds dichter bij kwamen. Joanna zat nog op de grond. Ze had haar bord net af en had het nog niet in de lucht gestoken. Een drietal agenten vroeg Joanna en Hans naar hun legitimatiebewijzen. Hans meldde dat hij die dag al aan tientallen journalisten zijn naam had genoemd en dat de politie precies wist wie ze waren. Na aandringen van de politie hebben ze hun rijbewijzen getoond. Joanna vroeg ook de politiemensen of zij zich konden legitimeren. De sfeer werd onvriendelijk omdat er een heel cordon van ca. 15 politiemensen zich rondom sloot. Het hele gebeuren werd door diverse camera’s opgenomen. Ondertussen werden de handtekeningen door Beatrix en Willem-Alexander gezet. Joanna en Hans vroegen naar de reden waarom ze de legitimatie moesten tonen. Hierop kwam geen antwoord. De man in het grijze pak bemoeide zich nadrukkelijk op de achtergrond met het gebeuren. De agenten kregen voortdurend instructies via hun oortjes. Toen kwam de mededeling dat ze aangehouden werden en ze verzocht werden mee te gaan. Een beroep op het grondwettelijk recht op vrijheid van meningsuiting werd niet in behandeling genomen.

Toen pas stak Joanna haar bord in de lucht. Dat van Hans was de hele tijd zichtbaar gebleven. Joanna verzette zich enigszins en werd op een incorrecte manier bejegend. Ze werden geleid naar een busje aan de rand van de Dam. De menigte had slechts oog voor de beelden van de abdicatie die op de grote screens te zien waren. Ze moesten in een busje plaatsnemen. Twee politiemensen kwamen er bij zitten. Hans belde de voorzitter van het NRG, Anjo Clement en vertelde hem dat ze waren aangehouden en deed het verzoek advocaat Michiel Pestman te verwittigen. Vervolgens probeerde Hans de NOS te bellen, maar toen werd zijn telefoon in beslag genomen. Joanna had een microfoontje van de NOS op haar blouse en ook dat werd door de politie in beslag genomen.

Daar zaten ze dan enkele minuten met de deuren open. Toen werden deze gesloten en reden ze langzaam achteruit het Damrak op, ongeveer tot halverwege de beurs van Berlage. Daar stonden ze weer stil. Joanna protesteerde, maar tegelijkertijd probeerden ze een babbeltje met de twee politiemensen te maken die hen begeleidden, maar deze bleken niet veel gevoel voor humor te hebben.

Korte tijd later ging het busje schuin op de straat staan en kwam er een tweede busje uit de tegenovergestelde rijrichting naast staan. De beide schuifdeuren van de busjes gingen open evenals de voordeuren, zodat Joanna en Hans ongemerkt voor het publiek konden overstappen naar het andere busje. Dit busje was zeer Spartaans en kende gescheiden cellen. Eén voor Joanna en één voor Hans. Er werden foto’s gemaakt en na ca. 10 minuten gingen de deuren dicht en begon het busje langzaam te rijden. Achter de beurs van Berlage terug naar het Rokin, langs het Centraal Station, richting Spui, waar ze ca. 15 minuten zo maar stil stonden midden op de weg. Blijkbaar wist de politie niet waar naar toe. Was het wellicht om te intimideren? Na ca. 15 minuten kwam het busje weer in beweging en ging het met gezwinde spoed langs het Centraal Station, Prins Hendrikkade, naar het Waterlooplein. Daar stonden ze stil. Zouden ze hier afgezet worden? Daarna door naar de Elantsgracht, het hoofdbureau van de politie. Ze waren inmiddels ruim een uur onderweg geweest.

Joanna moest eerst uitstappen en werd onderworpen aan de procedure waarbij alle bezittingen moesten worden ingeleverd, schoenen en riemen moesten worden uitgedaan en ten slotte werd ze gefouilleerd. Kort daarna onderging Hans dezelfde procedure. Nog steeds hadden ze geen idee waarom we aangehouden werden. Ze moesten gescheiden plaatsnemen in een arrestantencel. Na ongeveer een half uur kwam er een Officier van Justitie, die de zaak zou gaan beoordelen. Weer een kwartier later kwam dhr. Swaan, Chef Operationele Zaken, die Hans nog kende van het overleg met van der Laan op 24 april. Ook Michiel Pestman arriveerde. Volgens Swaan berustte alles op een groot misverstand, veroorzaakt door een individuele actie van een politieman. Hij bood namens de politie zijn excuses aan. Ze konden hun spullen pakken en zouden naar wens ergens in de stad afgezet worden.

Opmerkelijk was dat Swaan kort na de aanhouding had gebeld met voorzitter Anjo Clement om te informeren of die wist wat er gaande was. Blijkbaar wist Swaan dit niet uit zijn eigen politieorganisatie! Anjo vertelde hem toen van de aanhouding.

Joanna reed met Michiel Pestman mee terug naar de stad en Hans werd door de politie op het Waterlooplein afgezet. Tijdens de rit naar het Waterlooplein vertelden de politiefunctionarissen die Hans wegbrachten, dat zij het ook niet snapten hoe dit kon gebeuren. Het was hen immers diverse malen uitdrukkelijk gezegd dat er geen individuele aanhoudingen zouden plaatsvinden zonder expliciete instructie van bovenaf. Ook zij boden nogmaals hun excuses aan.

Dit relaas roept de volgende vragen op.
1. Wie waren de twee (hockey) dames met het spandoek ‘Beatrix bedankt’? Zij werden na de aanhouding niet meer waargenomen.
2. Wie was de man in het grijze pak en met een oortje, die duidelijk de regie voerde over de aanhouding. Hij is op diverse opnames te zien. Hij griste onder andere Joanna haar bord uit haar handen. Van welke overheidsdienst is hij?
3. Het hoofd van de Amsterdamse politie verklaarde na de aanhouding dat deze plaatsvond op basis van de actie van een individuele politieman. Hoe is dit in overeenstemming te brengen met het feitelijke verloop van de arrestatie?
4. Van der Laan had de veiligheid en aansturing van de politie op de Dam centraal in handen gegeven van een Officier van Justitie. Deze diende conform de instructies van de burgemeester inzake het toestaan van de vrijheid van meningsuiting op de Dam te handelen. Hoe kan dan toch een bevel tot aanhouding gegeven worden en door wie.
5. Kwam het bevel tot de aanhouding van de Officier van Justitie? Als dit zo is, waarom was dit dan niet in overeenstemming met het beleid van de burgemeester? Als dit wel zo is, op basis van welke instructie en van wie vond dat de aanhouding plaats?
6. Waarom vond de aanhouding plaats nog voordat Joanna haar bord had opgeheven?
7. Waarom vond de arrestatie plaats (vlak) vóór de balkonscene?
8. De arrestatie vond plaats toen alle media hun aandacht richtten op de ondertekening van de akte van abdicatie. Was dit toeval?
9. Waarom wist dhr. Swaan niet wat er gebeurd was en moest hij dit van de voorzitter van het NRG vernemen?
10. Waarom verliep het transport van Joanna en Hans zo chaotisch? Was er een duidelijke instructie wat er moest gebeuren? Voor alles lag toch een scenario klaar?
11. Hoe kan het dat in de media al excuses voor de aanhouding door het hoofd van de politie werden aangeboden, nog voor de arrestanten uit de cel waren?

Hans Maessen
Woensdag 1 mei 2013.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *